De leesclub komt eens per maand samen en bij toerbeurt wordt door de deelnemende Stadsdorpers een boek uitgekozen. Op woensdag 29 juni 2016 was dat:

Judas van Amos Mos. 

We verplaatsen ons naar Jeruzalem, december 1959, waar Sjmoeël Asj rusteloos door de regenachtige straten zwerft "als een duizelige beer die boos was omdat hij uit zijn winterslaap was gehaald". Hij is 25 jaar, verlegen en gevoelig, snel opgewonden en astmatisch, heeft een stevig postuur en weelderige haargroei.

Zijn vriendin heeft de relatie verbroken, zijn Kring voor Socialistische Vernieuwing is verdeeld geraakt en zijn ouders hebben zijn studietoelage stopgezet, waardoor hij zijn onderzoek naar Jezus door de ogen van de joden moet stopzetten.

Dan reageert hij op een advertentie waarin een student geesteswetenschappen wordt gevraagd als gezelschap voor een oude man in ruil voor kost en inwoning.
Hij raakt betoverd door het huis en de tuin, waar een oeroude stilte heerst en – zo blijkt later- de geur van teleurstelling en verdriet. Hier brengt hij drie wintermaanden door en wordt de loop van zijn leven vertraagd. Zo presenteert de verteller de hoofdpersoon met enige afstand, maar trekt hij ook onmiddellijk de lezer in de melancholische sfeer van het boek.