Op donderdag 22 maart 2018 was er voor Stadsdorpers een rondleiding door de Oude Kerk, waar op dat moment ook een monumentale tentoonstelling te zien is van Christian Boltanski. 

Bij binnenkomst in een stille en koude Oude Kerk werden we gelijk geconfronteerd met zijn werk. De grote tombes bekleed met zwart plastic waren zeer aanwezig en ontnamen ons het zicht van het interieur van de kerk. Het thema wat gebeurt nadat ons leven ten einde is gekomen is dan ook geen makkelijk onderwerp.

In het midden van de kerk waren de prachtige koperen kroonluchters tot op vloerniveau neergelaten en was de vloer bezaaid met zwarte jassen die keurig in gelid lagen. Indrukwekkend, maar ook heftig. Omarmden zij de graven onder de vloer? De jassen die over de stoelruggen hingen zouden kunnen suggereren dat de eigenaren even weg waren. Individueel opgehangen jassen met ingesproken teksten gaven sterk de associatie met oorlogsslachtoffers.

De kunstenaar had geen toelichting willen geven aan zijn werk, waardoor ook onze gids uitleg over de installatie aan onze fantasie overliet. Geen gemakkelijke tentoonstelling en daarom fijn om met elkaar te delen.

Na afloop worstelden ons door de drukte van de Wallen, waar Engelse voetbalsupporters zich al aan het warmdraaien waren voor de wedstrijd van de avond erna, om bij de Waag onder de grote kaarsenkroonluchter nog een drankje te drinken.



-------

In de Oude Kerk is deze tentoonstelling van Christian Boltanski (Parijs, 1944) nog tot 29 april 2018. Hij maakte een indrukwekkend oeuvre van sculpturen, films en installaties die deze onderwerpen direct of indirect aan de orde stellen.

Boltanski maakt hierbij regelmatig gebruik van gevonden voorwerpen, zoals in No Man’s Land (Drill Hall, New York 2010), een enorme berg met gedragen kleding met op de achtergrond de soundtrack van duizenden kloppende mensenharten die de anonimiteit en het lot versterken van het menselijk bestaan.

Boltanski creëerde in 2008 Les Archives du Coeur, een auditieve verzameling van kloppende mensenharten in Naoshima (Japan), realiseerde meerdere keren een werk op de Biënnale in Venetië waaronder de installatie Chance in 2011 en ontving talrijke nationale en internationale prijzen voor zijn oeuvre.

Zijn werk is onderdeel van de meest toonaangevende musea waaronder: MoMA, The Museum of Modern Art, New York, USA, The Tate Collection, London, England en in Nederland De Pont, Tilburg. In dat museum vond zijn meest recente Nederlandse solo-expositie plaats in 1996.